“Als verpleegkundige kijk je naar het effect van een ziekte op iemands dagelijks leven en functioneren. Dit is per persoon verschillend, niet per se een man-vrouw verschil.”
Mariëlle Hartzema-Meijer is verpleegkundig specialist bij het Radboudumc. Ze is werkzaam bij het Team CMD, waarbij zij samenwerkt met onder andere Prof. Angela Maas en Dr. Suzette Elias-Smale.
Op welke manier houdt u zich bezig met het vrouwenhart?
Een tegenvaller misschien, maar ik houd me niet specifiek bezig met het vrouwenhart. Ik houd me bezig met een aandoening die veel bij vrouwen voorkomt maar zeker ook bij mannen. Deze aandoening noemden we in eerste instantie coronaire microvasculaire dysfunctie (CMD, voorheen MCD). Sinds een jaar doen we coronaire functietesten en zien we echter ook veel dysfunctie van de grote vaten rondom het hart. De naam coronaire vasculaire dysfunctie lijkt beter te passen.
Waarom heeft u zich gespecialiseerd in het vrouwenhart?
Dit is toevallig zo gelopen. Ik werk al jaren op de Polikliniek Cardiologie van het Radboudumc en hield me voor een groot deel bezig met de behandeling van leefstijl en risicofactoren bij patiënten die ‘gewone’ slagaderverkalking hebben, waarvoor ze gedotterd of geopereerd (bypass operatie) zijn. In die hoedanigheid werd ik gevraagd om mee te denken over het opzetten van een polikliniek speciaal voor patiënten met CMD. Vanuit dit meedenken werd ik gevraagd om de opleiding tot verpleegkundig specialist te gaan doen en mij te specialiseren in deze patiëntencategorie.
Ik moet bekennen dat, voordat ik gevraagd werd voor deze patiëntengroep, ik me nooit zo heb bezig gehouden met man-vrouw verschillen. Maar dit kan er ook mee te maken hebben dat voor verpleegkundige diagnosen en behandeling de anatomie minder van belang is. Als verpleegkundige kijk je naar het effect van een ziekte op iemands dagelijks leven en functioneren. Levert het beperkingen op, ja dan nee, en hoe daar mee om te gaan. Dit is per persoon verschillend, niet per se een man-vrouw verschil.
Vindt u dat u een speciale rol vervult in het uitdragen van de vrouwenhartproblematiek?
Ja en nee. Als verpleegkundig specialist behandel ik deels ook medisch en houd daarmee wel rekening met man-vrouw verschil op biologisch vlak. Ik wil met name uitdragen dat niet iedereen hetzelfde is. Kijk goed als zorgprofessional wie er voor je zit. Luister en denk verder dan wat er gezegd wordt. Ook vrouwen onderling verschillen enorm. Patiënten verdelen in twee categorieën (man of vrouw) daar doe je, mijn inziens, beiden tekort mee.
Hoe staan uw collega’s tegenover uw werk voor het vrouwenhart?
Ik merk vooral dat het een gebrek aan kennis is. Hoe meer zorgprofessionals erover weten, des te meer zien ze de verschillen en staan ze open om hier naar te kijken en te behandelen. En misschien is het man-vrouw verschil medisch/biologisch onderbelicht omdat in het verleden wetenschappelijk onderzoek op mannen gericht was. De uitkomsten werden dan ook voor vrouwen gebruikt. Ondertussen weet iedereen dat dit niet kan, en zijn de richtlijnen voor onderzoek hier heel specifiek in. Onderzoekers houden hier nu goed rekening mee. Het duurt helaas nog een aantal jaren voordat we dit kennishiaat hebben gedicht.
Ik vraag me wel af of het man-vrouw verschil voor bijvoorbeeld diëtisten, ergotherapeuten, fysiotherapeuten, verpleegkundigen etc. zo van belang is in de behandeling. Verpleegkundigen en paramedici kijken veel meer naar het dagelijks functioneren en proberen daarin te ondersteunen of helpen. Oorzaken worden per persoon bekeken.
Wat doet u om eventuele sceptische of onwetende collega’s te informeren en overtuigen?
Ik word er vooral erg nieuwsgierig van: waarom willen ze dit niet serieus nemen? Ik merk wel dat het tij begint te keren. Er komen steeds meer cardiologen die affiniteit hebben met hartaandoeningen die minder bekend zijn maar meer bij vrouwen voorkomen. Paramedici en verpleegkundigen weten helaas nog minder van deze specifieke aandoeningen. Hier valt nog een slag te halen.
Welke ontwikkelingen verwacht u op het gebied van het vrouwenhart?
Dit jaar komt een leidraad van en voor cardiologen uit voor de behandeling van patiënten met INOCA (= zuurstoftekort bij het hart zonder obstructief vaatlijden, hier valt CMD ook onder). Hopelijk helpt dit ook in het eerder (h)erkennen en betere behandeling van klachten. Het is een leidraad, dus het is geen opgelegd iets. Maar hopelijk komt er daardoor een breder draagvlak, en worden dit soort klachten eerder serieus genomen.
Waar ligt uw eigen focus voor de komende twee jaar?
Ik wil heel graag meer onderzoek doen. Niet zozeer op medisch maar juist op verpleegkundig en paramedisch vlak. We hebben nog zoveel vragen, weten zoveel niet.
Voor mijn afstuderen heb ik onderzoek gedaan naar welke gedachten en emoties er spelen bij beweging bij patiënten met CMD. Ik hoor in de spreekkamer namelijk vaak dat de hartrevalidatie als erg zwaar wordt ervaren, niet passend is en daarnaast als frustrerend wordt ervaren. Wat we niet weten, is hoe patiënten met CMD dan te trainen zodat ze beweging in het dagelijks leven kunnen uitvoeren. En met beweging heb ik het niet alleen over sporten, maar alle beweging die je overdag moet uitvoeren: huishouden, jezelf douchen, trap lopen etc. Nu we weten wat de behoeftes van de patiënten zijn, kunnen we gaan zoeken naar welke interventie het meest geschikt is.
Het lastige van goed onderzoek doen is dat het allemaal lang duurt. Ik zou zo graag gisteren al de antwoorden willen hebben zodat ik mijn patiënten de juiste adviezen kan geven.
Kunt u nog meer voorbeelden noemen van dingen die we nog niet weten maar die u graag zou willen onderzoeken?
Ik zou ook graag meer onderzoek doen naar het stress-systeem. Ik zie bij onze patiënten vaak dat het stress-systeem heel erg snel reageert. Dat gaat veel eerder op alarm dan nodig is. Dat kan mentale of fysieke oorzaken hebben. Een mentale oorzaak is bijvoorbeeld dat er vroeger iets gebeurd is. En een fysieke oorzaak kan bijvoorbeeld zijn dat iemand veel gesport heeft.
Veel patiënten focussen heel erg op hun aandoening, maar het lichaam is veel ingewikkelder dan dat. De stressreactie is nog gebaseerd op vroeger. Toen moest je vechten of vluchten en gingen de vaten open staan. Nu zien we een omgekeerde reactie. Daar zou ik veel meer over willen weten.
Kent u de website VrouwenHart.nl en onze facebookgroep?
Ik ben door een patiënte op de website VrouwenHart.nl gewezen en heb er een keer doorheen gescrold en gelezen. Het kwam op mij over als enthousiast en nog vrij nieuw, dat jullie nog zoekende zijn naar meer inhoud.
Ik heb geen facebook en heb ook niet op de facebookgroep gekeken. Niet alles wat van patiënten is, moeten we ons als zorgverleners mee bemoeien. Wel zit ik vakinhoudelijk op Twitter: hier volg ik internationale vakliteratuur en specialisten, zodat ik van de meest recente onderzoeken en inzichten op de hoogte ben.
Ik denk dat een patiënt andere onderwerpen van belang vindt dan wat ik als zorgprofessional zou bedenken. Ik vind de website van de Engelse patiënten erg goed qua informatie (INOCA, zie de link hieronder).
INOCA International: www.inocainternational.com
Hier vindt u een uitleg over de coronaire functietest: https://www.hartstichting.nl/hart-en-vaatziekten/vrouwen-en-hart-en-vaatziekten/problemen-in-de-kleine-bloedvaatjes-van-het-hart/bloedvaatjes-van-het-hart-onderzoeken
Het onderzoek van Mariëlle Hartzema-Meijer en Suzette Elias-Smale wordt beschreven in het artikel Angina pectoris zonder obstructief coronair lijden, verschenen in Cordiaal 5/2019.
Tekst: Mariëlle Hartzema-Meijer / Annemiek Hutten
Alle interviews op deze website zijn eigendom van VrouwenHart.nl. Deze mogen NIET worden verveelvoudigd, gekopieerd, gepubliceerd, opgeslagen, aangepast of gebruikt in welke vorm dan ook, online of offline, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van onze redactie.