Abdelhak el Bouziani is werkzaam bij het Amsterdam UMC als arts-onderzoeker met als aandachtsgebied interventies bij aangeboren hartafwijkingen. Een voorbeeld van een dergelijke aangeboren hartafwijking is een zogenaamd patent foramen ovale (PFO). Momenteel werkt hij aan een wetenschappelijke studie naar de relatie tussen een dergelijk PFO, coronaire vaatspasmen en migraine, de PROVA-studie. Wij spraken met hem in een Vrouwenhart Interview.
Kunt u ons vertellen wat de PROVA-studie inhoudt?
De PROVA-studie is een studie die kijkt naar hoe vaak een PFO (patent foramen ovale) voorkomt bij patiënten met coronaire vaatspasmen. Een PFO is een aangeboren hartafwijking van het boezemtussenschot. Het is een kleine opening in het boezemtussenschot, die ontstaat door een onvolledig sluitingsproces na de geboorte. Er ontstaat dan een soort luikje dat open en dicht kan onder bepaalde omstandigheden, zoals druk verhogende momenten bij inspanning, maar ook tijdens niesen of persen. Dit kan ervoor zorgen dat het bloed van de rechter hartboezem naar de linker hartboezem stroomt. In theorie vindt er dan vermenging van zuurstofrijk en zuurstofarm bloed plaats. Daarnaast zou het zuurstofarm bloed mogelijk stoffen bevatten die verkrampingen van bloedvaten kan veroorzaken. De hiervoor genoemde theorieën zouden een oorzaak van een migraine-aanval kunnen zijn.
Hoe is het idee ontstaan dat migraine zou kunnen worden gerelateerd aan een openstaande verbinding tussen de boezems in het hart?
Er is in eerdere studies beschreven dat het hebben van migraine gerelateerd wordt aan een PFO. De eerste associatie is in 1998 gemaakt. In 2008 is er een systematic review (een wetenschappelijk onderzoek) uitgekomen waarbij er aangetoond werd dat er sprake is van een associatie tussen een PFO en migraine en vice versa. Een PFO komt vaker voor bij patiënten met migraine en omgekeerd ook. Dit geldt voornamelijk voor mensen met migraine die auraverschijnselen hebben (zie volgende vraag).
Is deze relatie inmiddels ook al bewezen of is dat ook nog in een onderzoeksfase?
Er zijn meerdere observationele onderzoeken geweest waarbij een PFO gesloten werd bij patiënten met migraine. Hieruit bleek dat een deel van de patiënten minder klachten hadden na de ingreep en bij een deel van de patiënten waren de klachten helemaal verdwenen. Wel betreft dit voornamelijk een groep patiënten die migraine hebben met zogenaamde auraverschijnselen vooraf aan een aanval. Veelal zijn dit visuele symptomen zoals het zien van (gekleurde) vlekken of lichtflitsen.
Hoe wordt een PFO gesloten?
Een PFO wordt gesloten tijdens een ingreep via een bloedvat. Via de liesader wordt een instrument ingebracht, zoals bij een normale hartkatheterisatie. Dit instrument voeren we op tot in het hart. In de wand tussen de boezems zoeken we dan het PFO op en vervolgens sluiten we de opening aan beide kanten door een soort paraplu, die zich uitvouwt en dan de opening afsluit. Deze ingreep vindt plaats onder algehele narcose.
Hoe is men op het idee gekomen dat een dergelijke verbinding een rol zou kunnen spelen bij coronaire vaatdysfunctie?
Een van de theorieën achter het mechanisme voor het ontstaan van migraine is dat er sprake is van spasmen van de bloedvaten in de hersenen. De spasmen worden dan geactiveerd door zogenaamde vaso-actieve stoffen, stoffen die zorgen voor een vaatreactie zoals serotonine. Hierdoor kunnen de bloedvaten in zeer korte tijd verwijden en vernauwen, wat leidt tot pijnklachten. Er is eerder aangetoond dat er een associatie is tussen migraine en angineuze klachten, klachten van pijn op de borst. Onze hypothese is dat coronaire vaatspasmen deels veroorzaakt zouden kunnen worden door deze vaso-actieve stoffen. Aangezien een PFO en migraine met elkaar zijn geassocieerd en vaatspasmen en migraine met elkaar zijn geassocieerd, denken wij dat een PFO een rol zou kunnen spelen bij vaatspasmen.
Speelt deze mogelijke relatie alleen bij spasmen in de grote vaten of ook bij de kleinere vaatjes?
Dat is niet eerder onderzocht en dus weten wij dit helaas nog niet. Wel kunnen we bij de PROVA-studie kijken hoeveel deelnemers spasmen hebben van de grote en/of de kleine vaten. Zij hebben immers in een eerder stadium de diagnose coronaire vaatspasmen gekregen door middel van een acetylcholine provocatietest. Vaak is dan ook onderzocht of het de grote of de kleine vaten betreft. Dit kan dan uitgezet worden tegenover de deelnemers die een PFO hebben en zo kunnen we zien in welke groep een PFO vaker voorkomt.
Welk onderzoek wordt er gedaan bij de deelnemers aan het onderzoek?
Er wordt een hartecho gemaakt om te kijken of er sprake is van een PFO. Eerst wordt gekeken wat de hartfunctie is. Daarna krijgt de deelnemer een infuusaansluiting. Dit is nodig om fysiologisch zout (zoutoplossing) met microbubbels in te brengen om een eventueel PFO goed in beeld te krijgen. Hiermee kunnen we zien of de zoutoplossing een oversteek maakt van de rechter naar de linker hartboezem. Al met al duurt het onderzoek 30-45 minuten. Verder wordt er op een drietal momenten gevraagd om een tweetal vragenlijsten in te vullen in het kader van kwaliteit van leven bij vaatspasmen en migraine.
Er wordt alleen onderzoek gedaan bij vrouwen met vaatspasmen. Is er dan ook nog een controlegroep; mogelijk hebben ook ‘gezonde’ vrouwen een dergelijk foramen?
Het is inderdaad zo dat coronaire vaatspasmen veelal bij vrouwen voorkomt. Echter, er zijn ook mannen met coronaire vaatspasmen. Die worden ook geïncludeerd in de PROVA-studie. Verder kunnen ook gezonde mensen een PFO hebben. Uit eerdere studies is gebleken dat ongeveer 25% van alle mensen een PFO heeft. Dit is dan meteen ook de controlegroep.
Wat is het belang van dit onderzoek voor eventuele toekomstige behandelmethoden?
Het doel van dit onderzoek is om te kijken hoe vaak een PFO voorkomt bij patiënten met coronaire vaatspasmen. Wij weten dat deze groep moeilijk medicamenteus te behandelen is. Ondanks het gebruik van medicijnen blijven de patiënten vaak klachten houden. Het is dan ook belangrijk om te kijken of er factoren zijn die (een deel van) de klachten kunnen uitlokken of veroorzaken. Onze hypothese is dan ook dat een PFO hier effect op kan hebben. Dat zullen wij verder moeten onderzoeken in de toekomst om een PFO eventueel te kunnen behandelen. Uiteindelijk hopen wij hiermee de kwaliteit van leven te kunnen verbeteren voor patiënten met migraine en/of coronaire vaatspasmen.
Hoe ver is het onderzoek inmiddels gevorderd?
We zijn momenteel bezig met het werven van deelnemers, patiënten met coronaire vaatspasmen. Op dit moment zitten we op 26 deelnemers. Wij willen uiteindelijk ongeveer 100 deelnemers in de PROVA-studie includeren.
Worden er nog deelnemers gezocht en aan welke criteria moeten deelnemers voldoen?
Er worden momenteel nog deelnemers gezocht. Het criterium voor deelname is dat de diagnose coronaire vaatspasme gesteld is middels een acetylcholine provocatietest.
Wilt u meewerken aan de PROVA-studie, dan kunt u een mail sturen naar: a.elbouziani@amsterdamumc.nl
U krijgt dan alle informatie over deelname aan dit onderzoek.
Tekst : Abdelhak El Bouziani / Karen van Wijngaarden
Alle columns, interviews en andere redactionele artikelen op deze website zijn eigendom van VrouwenHart.nl. Deze mogen NIET worden verveelvoudigd, gekopieerd, gepubliceerd, opgeslagen, aangepast of gebruikt in welke vorm dan ook, online of offline, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van onze redactie.
Hennie zegt
Goedendag
Even toelichting, Ben bekend met Migraine vanaf 13e jaar ,Bèta blokkers geslikt 2x daags tot overgang ,toen geen last meer, maar er is MCD voor in de plaats gekomen, Groot onderzoek gehad in UMC Nijmegen bij Cardioloog Maas, Ben nu bij Hartkliniek Nijmegen Cardioloog P Kievit. M’n moeder heeft het zelfde doormaakt .alleen 2 longembolie en na bevalling erbij.
Misschien dat het onderzoek nog wat toevoeging heeft?
Vriendelijke groet Hennie van Maaswaal.