Marieke Ludwig is in september 2020 gestart met de Ludwig Kliniek; een kliniek die speciaal gericht is op vrouwen met (mogelijke) hart- en vaatziekten. Ook werkt ze in het Medisch Centrum Leeuwarden (MCL). Naast cardioloog is ze ook verzekeringsarts. Hoe combineert zij deze verschillende functies? En welke zorg kan zij bieden aan vrouwen met hart- en vaatziekten? We spraken met haar in een Vrouwenhart Interview.
Waarom richt uw kliniek zich speciaal op vrouwen?
Ik ben er eigenlijk ingerold. Ik kreeg de kans van Janneke Wittekoek om bij haar te komen werken. Haar manier van werken sprak mij enorm aan. Kleinschalig, laagdrempelig, veel zelf doen. Ik heb daar met veel plezier gewerkt, maar de afstand was een probleem.
Daarna werkte ik in het MCL. Daar begonnen collega’s steeds vaker patiënten naar mij door te verwijzen: “Jij kunt wel iets met het vrouwenhart”, “Typisch een patiënt voor jou”. Zo rolde ik erin. Ik heb altijd al het idee gehad om een eigen bedrijf te beginnen, dus het was een logische stap om mijn eigen kliniek te beginnen.
Wat voor soort patiënten komen er in uw kliniek?
Veel vrouwen die hier komen, hebben een specifieke vraag: “Heb ik het aan mijn hart?” “Heb ik een verhoogd risico?” We kunnen hier een aantal onderzoeken doen en daarmee al veel van die vragen beantwoorden. Als er wel degelijk iets aan de hand is, merk ik dat uitleg heel belangrijk is, en daar neem ik dan ook de tijd voor. Zo probeer je vrouwen zelf de grip op hun gezondheid (terug) te geven. Dat is een heel dankbare taak. Patiënten weten dan beter wat ze zelf kunnen doen en wanneer ze contact moeten zoeken.
Kunt u iets meer zeggen over de specifieke hartproblemen die u hier ziet?
Het is heel divers. Het zijn bijvoorbeeld mensen die willen weten of zij het aan hun hart hebben, omdat ze erfelijk belast zijn. Soms kan ik ze geruststellen op basis van de onderzoeken die we in onze kliniek doen, soms is aanvullend onderzoek in het ziekenhuis nodig.
Een andere groep komt hier bijvoorbeeld met hartkloppingen of hartoverslagen. Ook daar is uitleg essentieel. Daarnaast kun je in een aantal gevallen al veel bereiken met medicijnen. Dit zijn microvasculaire klachten.
Patiënten met hartritmestoornissen hebben een hartprobleem, en zijn dan officieel hartpatiënt. Maar daar moet ik bij zeggen dat ik hartpatiënt een heel beladen term vind. Het is een beetje een term van vroeger, toen mensen nog niet gedotterd of geopereerd konden worden. Je stopte ze zes weken in bed en hoopte dat ze het overleefden. Maar bijvoorbeeld een vrouw met SCAD is technisch gezien een hartpatiënt, maar die voldoet niet aan het klassieke beeld van een hartpatiënt. De enige groep die ik nu nog hartpatiënten zou noemen zijn mensen met hartfalen.
U werkt ook in het MCL. Wat is het verschil tussen uw werk in de kliniek en in het MCL?
Inhoudelijk doe ik in het ziekenhuis niet veel anders dan in mijn kliniek. Alleen zijn in mijn kliniek de spreekuren veel ruimer gepland. Standaard zie ik 5 à 6 nieuwe patiënten per dag (dit is recent aangepast aan de coronamaatregelen).
Patiënten hebben eerst een half uur een intake bij mijzelf en de assistente. Daarna gaan ze door naar de functie-onderzoeken, en daarna hebben ze een gesprek met mij. In totaal zijn we twee uur en een kwartier met een patiënt bezig.
Ook in onze aanpak proberen we een prettige setting te creëren. Zo dragen we geen witte jassen, maar een blauw tenue. Een patiënte zei pas geleden: “Het is hier gewoon gezellig.”
Wordt het bezoek aan uw kliniek vergoed door de ziektekostenverzekering?
We hebben nog geen contract met zorgverzekeraars. Daar zijn we wel mee bezig, maar dat proces gaat traag en duurt lang. Patiënten krijgen zelf de factuur, die ze kunnen indienen bij de zorgverzekeraar. We leveren medisch specialistische zorg en komen daarmee in aanmerking voor vergoeding. Het vergoede bedrag hangt af van het type polis en de zorgverzekeraar.
Wat kunt u doen voor patiënten die specialistisch onderzoek nodig hebben, zoals bijvoorbeeld voor microvasculaire klachten?
In mijn kliniek kan ik basistesten doen: ECG, fietstest, echo en laboratoriumonderzoek. Voor specifieke testen kan ik uitwijken naar het MCL of het UMCG. In het MCL komen binnenkort ook de acetylcholinetest en FR-test beschikbaar. Maar ik merk gelukkig dat het vaak niet nodig is. 80% van de patiënten die hier komen, kunnen we met medicijnen behandelen.
Ook hier is uitleg en hanteerbaar maken essentieel: wanneer kan ik zelf iets doen, wanneer moet ik contact opnemen of zelfs 112 waarschuwen?
Patiënten met microvasculaire klachten zijn vaak bang voor schade aan het hart, maar gelukkig zie je bij onderzoek meestal geen schade. Met medicijnen probeer je de aanvallen te verminderen en hanteerbaar te maken. Langdurige klachten kunnen wel zuurstoftekort van het hart geven, en dan kan het nodig zijn dit te controleren in het ziekenhuis.
Behandelt u in de kliniek alleen vrouwen of ook mannen?
Mannen zijn ook welkom. Mannen kunnen bijvoorbeeld ook microvasculaire klachten hebben. Maar ze zijn ook welkom voor standaardcardiologie.
Werkt u hier als enige cardioloog of in een team?
In mijn team zitten twee doktersassistenten, twee functielaboranten, en nog een paar mensen daar omheen. Ik werk nu nog niet met verpleegkundig specialisten. Ik vind het fijn om mensen zelf te spreken. Bij een verpleegkundig specialist moeten mensen hun verhaal dubbel doen, dat vind ik een nadeel. De anamnese, hoe patiënten hun klachten vertellen, is namelijk heel belangrijk voor het stellen van je uiteindelijke (werk) diagnose. Daarom wil ik graag uit de eerste hand het hele verhaal horen.
U bent een tijdje gestopt als cardioloog om als verzekeringsarts te gaan werken. Wat was de achtergrond van deze stap?
Na mijn afstuderen heb ik de cardiologie een tijdje helemaal losgelaten. Ik had supergespecialiseerde opleidingen gevolgd, ik had twee fellowships gedaan. En daarna zit er blijkbaar niemand op je te wachten… Ik was toen kostwinner en heb ervoor gekozen om verzekeringsarts te worden. Eigenlijk vond ik het wel prettig om even afstand te nemen van het ziekenhuis. In het ziekenhuis zit je heel erg in een microwereld. Ik vond het wel een verrijking om eens naar buiten te kijken en ervaring op te doen in het bedrijfsleven.
In onze achterban heeft niet iedereen goede ervaring met verzekeringsartsen. Wat voor verzekeringsarts bent u?
Een hele atypische. Als verzekeringsarts kijk je naar de impact van gezondheidsproblemen op iemands werk. En als cardioloog heb je meer inzicht in die gezondheidsproblemen. Ik heb wel het gevoel dat deze combinatie mijn blik verruimd heeft. Voor mijn werk als cardioloog maakt het dat ik meer naar iemands werk en dagelijks dingen vraag en kijk naar de impact van hun klachten en aandoening.
Het zou mooi zijn als meer ziekenhuisartsen dit werk zouden gaan doen, want er zit een gat tussen die twee werelden.
Hoe staan uw collega’s tegenover uw werk voor het vrouwenhart?
Een grote groep van mijn collega’s is heel positief. Ik heb veel leuke en enthousiaste reacties ontvangen van collega’s. Het heeft mij in positieve zin verrast. Je merkt dat er wel degelijk een verandering gaande is.
Vindt u dat u een speciale rol vervult in het uitdragen van de vrouwenhartproblematiek?
Zeker. Ik hoop dat vrouwen steun ervaren en het gevoel krijgen dat er naar hun klachten en vragen geluisterd wordt. Hart- en vaatziekten zijn dodelijker bij vrouwen dan bij mannen en dat komt deels doordat bij vrouwen de klachten niet zo duidelijk zijn als bij mannen. Ik hoop dat ik kan bijdragen aan de bewustwording van vrouwen en hun risico op hart- en vaatziekten.
Wat doet u om eventuele sceptische of onwetende collega’s te informeren en overtuigen?
Ik leg uit wat ik doe en geef tips aan mijn collega’s hoe ze zelf vrouwen kunnen behandelen met medicijnen. Ik begin wel een beetje allergisch te worden voor de term atypisch. Het punt is dat klachten bij vrouwen nu juist vaak atypisch zijn en dat maakt het moeilijk om er achter te komen wat er speelt. Ook daar is bewustwording en voorlichting belangrijk. Gelukkig zijn microvasculaire klachten vaak goed te behandelen met de juiste medicatie.
Welke ontwikkelingen verwacht u op het gebied van het vrouwenhart?
Er is dit jaar veel aandacht aan het vrouwenhart besteed bij het Europees Cardiologen Congres (ESC). De invasieve meetmethoden (hartkatheterisatie met speciale metingen) zijn nu ook echt op de kaart gezet. Je moet heel terughoudend zijn met hartkatheterisaties, maar je ziet dat er nu ook meer centra zijn die deze onderzoeken willen gaan aanbieden voor het vrouwenhart. Door de nieuwe richtlijn (Pijn op de borst zonder obstructief coronairlijden) is het streven dat deze testen nu breed beschikbaar moeten zijn.
Het vrouwenhart is hiermee nu wel echt uit het vrouwenhoekje gekomen. Dat merk ik ook omdat collega’s mij gaan bellen over patiënten waarbij ze er niet uit komen. Voorheen was het toch een beetje “Dat is jouw hobby.” Met name ESC en de richtlijn hebben bijgedragen aan die stroomversnelling.
Voor meer informatie over de Ludwig Kliniek: http://www.ludwigkliniek.nl
Tekst: Marieke Ludwig / Annemiek Hutten
Foto: Kleij & co
Alle interviews op deze website zijn eigendom van VrouwenHart.nl. Deze mogen NIET worden verveelvoudigd, gekopieerd, gepubliceerd, opgeslagen, aangepast of gebruikt in welke vorm dan ook, online of offline, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van onze redactie.